Bouwer en aannemer hebben elk hun eigen agenda. Voor de bouwheer die geld en tijd in zijn bouw, renovatie of inrichting investeert, draait heel de wereld om zijn project. De aannemer van zijn kant moet meer dan een klant tevreden stellen. Zonder wederzijds respect en begrip vallen die twee uitgangspunten moeilijk op elkaar af te stemmen.
Als er conflicten ontstaan, hebben die bijna altijd te maken met een combinatie van de prijs, de timing en/of de kwaliteit van de uitgevoerde werken.
Eerste advies om problemen te vermijden: KIES EEN VAKMAN. Dit sluit van meet af aan heel wat risico’s op ontevredenheid uit. Een vakman werkt in eerste instantie aan zijn herkenbaarheid. Informatie over het bedrijf en zijn activiteiten is terug te vinden in reclame, op de offerte, de factuur, de camionettes, de visitekaartjes, …Al van bij het eerste gesprek zal de (ver)bouwer ervaren dat een goede vakman advies geeft. Over de technische kant van de opdracht, maar ook over financiële en fiscale voordelen zoals bv. over premies, het verlaagde btw-tarief en de energiebesparende maatregelen.
Een vakman is niet bang van kritische vragen.
Kwaliteit heeft zijn prijs. (Ver)bouwers kunnen aannemers met minder goede bedoelingen snel herkennen aan hun abnormaal lage prijzen, bedoeld om de prijsbewuste klant gemakkelijker over de streep te trekken.
Essentieel om het bouwen aangenaam en vlot te laten verlopen, is een GOED CONTRACT. Goede contracten kennen een evenwicht in de rechten en plichten van zowel aannemer als klant. Problemen voorkomen staat centraal. Van belang zijn afspraken rond de prijs en de uitvoeringstermijn, het schriftelijk overeenkomen van meerwerken (met ook hier duidelijke afspraken rond de prijs en het verlengen van de uitvoeringstermijn) en voldoende gedetailleerde en duidelijke lastenboeken, aan te leveren door de architect. Kortom, zoveel mogelijk factoren op voorhand afspreken en schriftelijk vastleggen, geeft minder discussies achteraf.
Een OPEN EN EERLIJKE COMMUNICATIE is noodzakelijk om het bouwproces tot een goed einde te brengen. Bron: De Bouwunie
